Marley was dood, zo begint het beroemde kerstverhaal van Charles Dickens. Als zijn
vroegere compagnon, de gierigaard Scrooge, op kerstavond alleen thuis zit, komt de
geest van Marley door de muur zijn kamer binnen. Om zijn middel draagt hij zware
ketenen, gemaakt van geldkisten, hangsloten en zware beurzen. Sinds zijn dood,
precies zeven jaar geleden, is hij gedoemd daarmee rond te zeulen. Scrooge staat
hetzelfde lot te wachten, tenzij hij zijn leven betert.
Dit kerstverhaal, tot een zesde ingekort, wordt verteld door Thea Rijsewijk en
afgewisseld met sfeervolle vioolmuziek, gespeeld door Gerbrand Dijkstra.